Begonia rex_web.jpg

Begonia (rex-cultorum)

FAMILIE
Begoniaceae

HERKOMST
Begonia’s verwant aan de rex culturen komen in drie werelddelen voor: in Azië, Afrika en Amerika. Deze kruiachtige planten zijn water minnend en zijn dan ook vooral te vinden in regenwouden en andere vochtige vegetatietypes.

Ze groeien daar als epifyt (een plant die groeit op een andere plant, bijvoorbeeld op de takken van grote bomen) of op de bodem. Een aantal rex begonia’s hebben zich aangepast aan de levensomstandigheden in het hooggebergte: ze vormen knollen om water en/of voedingstoffen op te slaan.

IN DE VOLKSMOND
Bladbegonia, Koningsbegonia, Begonia

VERZORGING

De meeste begonia’s houden van een lichte plaats en een vochtige omgeving, zo ook de bladbegonia. Aan het grote, vlezige blad is al snel te zien dat deze plant slecht opgewassen is tegen droogte. Zorg er daarom voor dat de grond ten alle tijden lichtvochtig blijft. Dit is vooral van belang in de zomer, wanneer de kamertemperatuur flink op kan lopen. Plaats de bladbegonia ook niet recht boven of naast de verwarming, aangezien dit het opdrogen van de grond zal versnellen. Om te zorgen dat de grond altijd zijn vochtigheid behoudt, is het ook mogelijk om deze begonia op een schaaltje te plaatsen waar ten alle tijden een dun laagje water op staat. Het is hierbij wel van belang dat er geen grote hoeveelheid water onderin de pot blijft staan, Begonia’s hebben namelijk vlezige wortels die gevoelig zijn voor wortelrot. Het is overigens raadzaam om de bladbegonia niet te besproeien. Doordat vele cultivars (kleine) haren hebben, blijft het water lang op het blad liggen wat uiteindelijk voor rot kan zorgen. Daarnaast kunnen de druppels in het zonlicht als vergrootglas fungeren en zo bladplekken op het blad veroorzaken.  

Tijdens de lente, zomer en vroege herfst kan de bladbegonia tweewekelijks bemest worden. Ga hierbij uit van een kwart van de dosis die aangegeven staat op de plantenvoeding.

De bladbegonia kan het beste in voedselrijke, compostrijke grond worden geplant, met stenen of potscherven onder in de pot. Zorg voor luchtigheid in het grondmengsel door perliet, kokosvezel, stenen of zand toe te voegen. Dit verkleint de kans op wortelrot.  

Mochten de bladeren van de begonia bruine of gele randen of vlekken krijgen, dan is dit vaak een teken van teveel water. Oude bloemen en bladeren kan men het beste verwijderen om te voorkomen dat deze rondom het gezonde plantmateriaal gaan rotten.

VERPOTTEN
Het verpotten van een bladbegonia is het gunstigste in het voorjaar. De plant begint dan net aan het groeiseizoen en eventuele beschadigingen aan de wortels zullen daardoor snel herstellen. Gebruik voor het verpotten een pot met een diameter die om en nabij 20 procent groter is dan de originele pot. Verpot de begonia met universele potgrond, door deze potgrond kan eventueel nog wat perliet, kokosvezel, zand of grind vermengd worden om het mengsel wat luchtiger te maken zodat overtollig water snel afgevoerd kan worden.

VERMEERDEREN
De bladbegonia kan eenvoudig worden vermeerderd door meerdere vormen van stekken. Zo kan een blad met een aantal centimeter bladsteel afgeknipt worden. Laat deze daarna wortelen op water, of steek de stek direct in de grond. Zorg er bij het planten in de grond voor dat de aarde goed vochtig is, en dat de eerste dagen ook blijft. Daarnaast kan de bladbegonia op een meer bijzondere manier gestekt worden: snij een blad af en knip dit in postzegel-achtige stukken. Leeg deze bladstukken met de bovenkant naar boven op flink vochtige grond. De oppervlakte van de bladstukjes moet de grond helemaal raken. Prik ze daarom met satéprikkers op knopspelden dicht tegen de grond aan. Vanuit de plekken waar de bladnerven doorgesneden zijn zullen na verloop van tijd nieuwe planten gaan groeien.

ZIEKTES?
De bladbegonia is gevoelig voor meeldauw en andere schimmelaandoeningen. De kans hierop kan verminderd worden door niet overtollig te bewateren. Daarnaast zijn er schimmelwerende middelen op de markt. Knip de delen van de plant die aangetast zijn door de schimmel zo snel mogelijk weg, en plaats de plant tijdelijk uit de buurt van andere planten. Meeldauw is kan namelijk van plant op plant overgedragen worden.

Bladbegonia’s kunnen daarnaast last krijgen van wolluis. Ter bestrijding hiervan kan de plant worden bespoten met water gemengd met 2% groene zeep en spiritus. Voor extra effect kunnen alle zichtbare luizen daarnaast worden aangestipt met pure spiritus. Probeer hierbij zo min mogelijk spiritus op de plant achter te laten.

GIFTIG?
De bladbegonia is giftig noch eetbaar. Echter, bij de consumptie van grote hoeveelheden kunnen gezondheidsproblemen ontstaan door de kleine hoeveelheid oxaalzuur die aanwezig is in de plant.

WETENSWAARDIGHEDEN
De naam Begonia werd in 1690 bedacht door de Franse Franciscaner monnik en botanist Charles Plumier. Hij vernoemde het geslacht naar Michel Bégon, voormalig gouverneur van de Franse kolonie Haïti, die Plumier begeleide op zijn reizen in de Franse Antillen om planten te verzamelen. In 1753 werd de naam Begonia overgenomen door Carolus Linnaeus, de vader van de soortsnaamgeving zoals wij die vandaag de dag kennen. De soortnaam rex is Latijn voor koning, een verwijzing naar de superieure bladeren van de bladbegonia. 

De meeste begonia’s, en zeker de bladbegonia’s die het in de Nederlandse woonkamer zo goed doen, zijn niet meer dan een centimeter of 30 hoog. Ook in het wild zijn de meeste begonia’s van bescheiden omvang. Toch zijn er altijd uitzonderingen. Wist je bijvoorbeeld dat de Begonia baccata tot wel vier meter hoog kan worden? Deze uit de kluiten gewassen begonia, die tot hetzelfde geslacht behoord als alle Begonia rex cultivars, komt alleen maar voor op het tropische eiland Sao Tomé, voor de kust van het Afrikaanse Gabon.

TEMPERATUUR
Overdag: 20 ℃

's Nachts: 15 ℃

geen afbeelding2_web.jpg